Gods verlangen naar verbondenheid

Door: Jaap Klop

Gods verlangen naar verbondenheid

God is een God Die spreekt en relatie zoekt. Dit zijn twee elementen die bij elkaar horen. Al in de eerste hoofdstukken van de Bijbel lezen we dat God sprak tot Adam en Eva. Hij gaf hen onder andere instructies over hoe om te gaan met de schepping en hoe haar te onderwerpen en beheren. Het ging hier niet alleen maar om een opdracht die met een soort afstandelijkheid werd gegeven. Er was een persoonlijke omgang tussen Adam, Eva en God. 

God zelf wandelde in de hof en bezocht Adam en Eva. Ze herkenden wanneer God er aan kwam en hoorden Zijn stem. Zo lezen we in Gen. 3:8a, vlak nadat de zondeval had plaatsgevonden: “En zij hoorden de stem van de HEERE God, Die in de hof wandelde, bij de wind in de namiddag.”

 

“Adam en Eva waren vertrouwd met de stem van de Heer.”  

 

Adam en Eva waren vertrouwd met de stem van de Heer. Ze herkenden dat het de Heer was Die sprak, alleen was hun reactie op Zijn stem nu wel duidelijk anders dan voor de zondeval. Genesis 3:8b “Toen verborgen Adam en zijn vrouw zich voor het aangezicht van de HEERE God te midden van de bomen in de hof.” Er was angst en schaamte gekomen en bij het horen van de Heer verborgen ze zich. 

Gen. 3:9 “En de HEERE God riep Adam en zei tegen hem: Waar bent u?” Het is onwaarschijnlijk dat God echt niet wist waar Adam en Eva zich bevonden, toen Hij vroeg: “Waar ben je?”. God is namelijk alwetend. Maar door de zondeval had schaamte haar intrede gedaan en het gevolg daarvan was terugtrekken en verstoppen. De verbondenheid met God, de open en schaamteloze relatie met Hem, was verstoord geraakt. Het fysiek verstoppen was een uiterlijk gevolg van iets wat in hun innerlijk had plaatsgevonden. 

 

 



Gods verlangen naar verbondenheid

En toch… stelt God een vraag: “Waar ben je?” Hij gaat het gesprek aan. Dit laat ons zien dat God een God van relatie is. Vragen stellen, een gesprek aangaan, dat hoort bij relatie, bij persoonlijke omgang.  

We weten dat de zonde scheiding bracht tussen God en de mens. De Geest van God leefde niet langer meer in de mens. Het was dan ook niet meer vanzelfsprekend dat iedereen Gods stem kon horen. En toch heeft God zich steeds naar ons uitgestrekt en tot ons gesproken. In het Oude Testament lezen we dat God de wet gaf en ook profeten die heel direct in het hier en nu van God hoorden en vervolgens die boodschap doorgaven. Tegenwoordig hebben we de Bijbel, Gods woorden voor ons vandaag. 

De Bijbel legt het belangrijkste fundament om God te horen spreken en Hem te leren kennen. Maar het blijft niet alleen bij de Bijbel. In 2 Cor. 3:6 lezen we: “De letter doodt, maar de Geest maakt levend”. We hebben de Bijbel absoluut nodig, maar wel samen met de Heilige Geest. En de Geest van God zal nooit tegen het Woord ingaan, maar maakt het juist levend, begrijpelijk en persoonlijk voor ons.  

 

 “De Bijbel legt het belangrijkste fundament om God te horen spreken en Hem te leren kennen.” 

 

Wat ben ik dankbaar voor de liefde van God. Zijn hart is altijd naar ons uit blijven gaan. Hij heeft Zich ertoe gezet om ons terug te winnen en was bereid zelfs Zijn eigen Zoon daarvoor te geven. Door het geloof in Jezus mogen wij vergeving en redding ontvangen. De zonde en de dood hebben niet meer het laatste woord. Maar Zijn volbrachte werk houdt meer in dan dat we vergeving en straks een plekje in de hemel krijgen. Hoe belangrijk en noodzakelijk dit allemaal ook is, het bleef niet hierbij. Na het lijden en sterven, na de opstanding en de hemelvaart van Jezus, komt Pinksteren. De belofte van de Vader, de Heilige Geest, is door Jezus beloofd aan iedereen die in Hem gelooft. De Heilige Geest komt weer in ons wonen. En dit betekent dat we weer kunnen leren om Zijn stem te verstaan en een persoonlijke relatie met Hem kunnen ervaren.  

Zijn stem verstaan en in verbondenheid met Hem leven hebben alles met elkaar te maken. Verbondenheid en relatie vragen om communicatie. En het hart van God heeft altijd verbondenheid met ons op het oog gehad. Dat zien we bij de schepping, maar ook daarna. God geeft Mozes de opdracht om een tabernakel te bouwen, zodat Hij onder de mensen kan wonen. God wil dichtbij zijn en met ons spreken!

 

 “Het hart van God heeft altijd verbondenheid met ons op het oog gehad.” 

 

Door wat Jezus heeft gedaan, door het geloof in Hem alleen, komt Gods Geest Zelf in ons wonen. Wijzelf zijn nu een tempel van de Heilige Geest. De Schepper van hemel en aarde, de Almachtige, de Eeuwige, de Heilige, verlangt ernaar om in jou en mij - kleine, nietige schepseltjes - te wonen. Dichterbij kan niet! Hieruit spreekt zoveel betrokkenheid, bewogenheid, liefde en… Zijn verlangen naar verbondenheid. Het is het verlangen van Zijn eigen hart. En nu Hij in ons woont en weer met ons verbonden is, is het ook weer mogelijk om Zijn stem te verstaan. Laten we ons daarom vol verwachting en met vrijmoedigheid uitstrekken naar het verstaan van Zijn stem, want Hij wil graag tot ons spreken en een persoonlijke relatie met ons aangaan.